21/03/2020

Landjuweel-winnares Nyala (19): ‘Gedichten online posten vind ik enger dan voor een zaal optreden’

Nyala Nauwelaers is 19 jaar en heeft een passie voor poëzie. Ze gebruikt haar visie op de wereld en ervaring als wereldreiziger als inspiratie voor haar gedichten. Nyala won onlangs samen met vier anderen het Landjuweel 2020, maar is nog steeds wat bescheiden over haar werk: ‘Het is een uitlaatklep, waar ik eigenlijk niet mee naar buiten kom.’

Hoe komt het dat je bent begonnen met poëzie schrijven?

‘Het begon bij de schoolmusical in het zesde leerjaar. Toen moesten we toneel spelen en wou ik dat gaan doen als hobby buiten school. Dat heb ik dus een paar jaar gedaan doorheen het middelbaar. En vanaf het derde middelbaar nam ik ook het vak voordracht erbij in het conservatorium. Bij voordracht leerde je mooi spreken en dat ging altijd wel over poëzie. Dus ik denk dat daar mijn interesse voor poëzie is begonnen, omdat ik daar toen veel mee in contact kwam. Het is een mooie manier van kunst en jezelf uiten.’

 

Waarover schrijf je?

‘Echt over van alles. Vorig jaar, toen ik een jaar ging reizen, schreef ik altijd over mijn reizen of toch referenties naar waar ik was en wat ik daar deed. Ik heb dat jaar heel veel geschreven. Daarnaast schrijf ik ook veel over liefde, politiek en maatschappelijke thema’s. In Canada ben ik naar een poëzieavond geweest en dat ging specifiek over politiek. Toen ik daar was, waren het net verkiezingen geweest in België en er kwamen toen verrassende resultaten uit de bus. Ik was daar heel erg van geschrokken en dan heb ik daar iets over geschreven, omdat het mij zo raakte. Maar ik schrijf dus ook over persoonlijke dingen en periodes of gebeurtenissen uit mijn leven.’

 

‘Het is een uitlaatklep, waar ik eigenlijk niet mee naar buiten kom’

 

Haal je zelf dus vooral inspiratie uit dingen waar je een sterke mening over hebt?

‘Ik denk het wel. Dat komt in vlagen. Als er een gebeurtenis in het nieuws komt waar ik niet mee akkoord ga of een andere mening over heb, dan schrijf ik. Als uitlaatklep. Maar toch bijna niemand leest dat. Het is een uitlaatklep, waar ik eigenlijk niet mee naar buiten kom.’

 

Waarom kom je er niet mee naar buiten?

‘Het meeste wat ik schrijf is heel persoonlijk. Bepaalde mensen zouden wel doorhebben dat het over hun gaat of over een bepaalde situatie. Je stelt je heel kwetsbaar op en ik vind het moeilijk om mij daar over te zetten. Je kan eens een super depressief gedicht hebben geschreven, maar dat wil niet noodzakelijk zeggen dat je een depressie hebt. En om daar mee naar buiten te komen is moeilijk dan, want ik wil zo niet overkomen. Terwijl dat eigenlijk maar een moment of periode was in mijn leven.’

 

‘Ik vind dat je in het Engels met minder woorden meer kan zeggen’

 

In welke taal schrijf je?

‘Ik schrijf tegenwoordig meer in het Engels. 60 procent van de gedichten die ik schrijf zijn in het Engels. Dat is een reflex geworden. Ik vind dat je in het Engels met minder woorden meer kan zeggen.’

 

Nyala heeft een boekje waarin ze al haar gedichten en inspiratie verzamelt. © Margot Pinceel

Schrijf je vooral digitaal?

‘Nee, meestal op papier. Als ik op mijn laptop schrijf dan komt er niks, dan lukt het schrijven vaak niet. Op papier wel. Dan kan ik gewoon voor mijn boekje gaan zitten en schrijven. Op mijn gsm schrijf ik vooral dingen op als ik onderweg ben of snel aan iets denk. Zo vergeet ik mijn ideeën niet. Het gedicht over onderwijs, bijvoorbeeld, heb ik om één uur ’s nachts op tien minuten geschreven op mijn gsm. Later gebruik ik de notities die ik gemaakt heb op mijn gsm om een gedicht te schrijven op papier.

 

Is er iets of iemand in de poëziewereld waar je inspiratie vandaan haalt?

‘Ik haal uit vele mensen en dingen inspiratie. Muziek, bijvoorbeeld, inspireert mij. Als ik een bepaalde zin of quote hoor in een liedje dan verwerk ik dat soms in mijn eigen werk. Ik denk nu niet dat Taylor Swift mij gaat aanklagen als ik een gedicht baseer op een zin uit haar liedje (lacht). Van sociale media haal ik ook veel inspiratie. Vooral van Instragramaccounts van poëten. Mijn favoriete pagina’s die iedereen moet volgen zijn @atticuspoetry, @tanteagaath, @gedichtjesvandoet en @perrypoetry. Die posten hele mooie gedichten.’

 

‘Toen ik thuiskwam deed ik de brievenbus open en daar zat een brief in van de wedstrijd zelf. Ik was derde geworden’

 

Aan welke poëziewedstrijden heb je al meegedaan?

‘Eigenlijk, heb ik nog niet zoveel deelgenomen aan wedstrijden. De allereerste wedstrijd waaraan ik meedeed was in het vijfde leerjaar. Toen moesten we verplicht deelnemen aan een poëziewedstrijd. Ik weet nog dat iedereen in de klas een troostprijs kreeg omdat ze niet hadden gewonnen. Een pen met een smiley op. Maar ik kreeg helemaal niks en was echt teleurgesteld. Maar dan zei de leerkracht dat ik thuis in mijn brievenbus moest kijken. Toen ik thuiskwam deed ik de brievenbus open en daar zat een brief in van de wedstrijd zelf. Ik was derde geworden. Ik mocht dat gedicht nog eens gaan voordragen in het gemeentehuis. Als je dan won kon je naar provinciaal niveau gaan en uiteindelijk tot bij de koning geraken, maar zover is het bij mij niet gekomen. Dus dat was mijn eerste wedstrijd ooit. Een tijdje terug heb ik nog eens iets ingezonden. Dat was voor de Kalmthoutse Heide. Daar gingen ze borden zetten met gedichten op. Jammer genoeg, heb ik toen niet gewonnen.’

 

Je hebt ook meegedaan aan het Landjuweel.

‘Ja, klopt. Dat was onlangs nog. Het Landjuweel is zeker een van de grootste wedstrijden waar ik ooit aan deelnam. Dit jaar was het in Antwerpen, omdat zij vorig jaar hadden gewonnen. Elk jaar strijden dus Vlaamse universiteitssteden Gent, Antwerpen, Brussel en Leuven om de titel van Rederijkers hoofdstad van Vlaanderen. Elke universiteit krijgt 15 minuten om iets te brengen van poëzie, proza of toneel. Ik deed samen met vier andere studenten van de Vrije Universiteit Brussel mee. Ik ben één van de drie uit mijn groepje die heeft geschreven aan de gedichten die we voordroegen. We hadden eigenlijk over een heel moeilijk thema geschreven. Een soort tijdlijn van The Big Bang tot The Big Crunch, het imploderen van de aarde. Maar wel vanuit een persoonlijk perspectief. Op het Landjuweel waren er twee prijzen: publieksprijs en juryprijs. Wij hebben de juryprijs gewonnen dus dat wil zeggen dat het Landjuweel volgend jaar in Brussel wordt georganiseerd en Brussel dus de Rederijkers hoofdstad is van 2020.’

 

Hoe kies je met welk soort thema of gedicht je meedoet aan wedstrijden en voorstellingen?

‘Bij het Landjuweel was het thema niet mijn idee, maar ik ging er gewoon in mee omdat ik nieuw was (lacht). Maar bij andere voorstellingen en wedstrijden geven ze vaak wel een thema waaraan je je moet houden. Bij de Kalmthoutse Heide was dat de rust in de heide, bijvoorbeeld. Eén keer per maand is er een vrij podium in Leuven, Uncut, met telkens een ander thema. Daar heb ik ook al eens aan deelgenomen, maar dat doe ik dus enkel als het thema mij ligt. Vorige maand was dat onderwijs en dan heb ik wel iets geschreven, omdat ik daar wel een mening over heb. Maar als ik echt moet kiezen welk gedicht ik voordraag, dan zou ik eerder iets persoonlijk nemen. Ik weet alleen niet goed wat precies, want je kan zelf zo moeilijk inschatten wat je sterkste gedicht is.’

 

Sociale media zijn voor Nyala een bron van inspiratie. © Margot Pinceel

Wil je met poëzie iets groots bereiken in je leven?

‘Dat is moeilijk. Ik denk dat vanaf het echt mijn job wordt dat ik mezelf ga verplichten om te schrijven. Dat zou mijn inspiratie en motivatie geen goed doen. Maar langs de andere kant is het wel een optie die ik openhoud. Maar het is geen doel voor mij om bekend te worden. Ik doe het heel graag als hobby, maar soms hoop ik toch wel stiekem dat iemand mij zou ontdekken als dichteres. Dat zou toch wel leuk zijn. Want gehoord worden en mijn mening uiten over dingen vind ik toch belangrijk. Ik heb er al aan gedacht om een Instagrampagina te maken over mijn eigen poëzie, dat zou een goede manier zijn om erkend te worden en anderen te inspireren. Maar gedichten posten vind ik enger dan voor een zaal optreden. In een zaal zit een beperkt aantal mensen en die komen specifiek voor jou en de poëzie. Op sociale media bereik je ook mensen die helemaal niet geïnteresseerd zijn in jouw werk en kritiek hebben. Als ik mij daar zou kunnen over zetten, zou ik misschien wel overwegen om eens iets online te posten.’

 

‘Elke kunstenaar kan een activist zijn, door zijn mening te geven op een creatieve manier’

 

Vind jij als jonge poëet dat mensen nog nood hebben aan poëzie in deze toch wel harde tijden?

‘Zeker. Poëzie is heel breed. Rapper Mac Miller, heeft een liedje over Trump geschreven en dat is in mijn ogen ook poëzie. Zelfs een speech is poëzie. Er is een dunne lijn tussen een verhaal vertellen en poëzie brengen. Poëzie kan een soort van activisme zijn. Elke kunstenaar kan een activist zijn, door zijn mening te geven op een creatieve manier. Dus ik denk zeker dat mensen poëzie nog nodig gaan hebben in deze tijden.’

 

Waarom zouden volgens jou meer mensen aan poëzie moeten doen?

‘Het is een ideale uitlaatklep voor als je struggled met iets of ergens door moet. En het is een relatief makkelijke manier om kunst te creëren met woorden. Ik denk dat iedereen dat wel kan en nodig heeft. Het doet veel voor je mentale gezondheid. Zelfs al is het gewoon even je gedachten opschrijven of de dag reflecteren. Daarom niet met het idee dat je poëzie schrijft, maar gewoon als uitlaatklep.’

 

https://www.instagram.com/p/B8KdEueg-Ws/

Kan je een gedicht voordragen?

‘Dit gedicht schreef ik voor het Landjuweel 2020. Het heet ‘oranje’, omdat elk gedicht een kleur als titel had. Deze kleuren representeerden de fasen van een ster die uitdooft tot de The Big Crunch, ofwel het einde van de wereld.’

 

Traag tikt de tijd terug
Wanneer we schommelen
Tussen het cyclische verleden,
Heden,
Toekomst.

Misschien wel zonder ons.
Misschien wel beter zonder ons.

De mens als een oranje verkeerslicht.
Tussenin,
Half,
Een misschien.

Met een bordje om onze nek
“alsjeblieft niet reanimeren of reïncarneren”,
Dooft het licht.

De zonsondergang van ons bestaan
Komt uiteindelijk ook weer op.

 

Is er nog iets dat je wil meegeven aan je leeftijdsgenoten?

‘Als je een kunstenaar bent of je bent creatief bezig, uit dat gewoon en kom er mee naar buiten. Niet bang zijn voor slechte commentaar. Er zullen altijd wel mensen zijn die jouw werk wél goed vinden. Gewoon doen. Dat is eigenlijk ook een advies voor mezelf.’

Tekst en foto’s: © Margot Pinceel