Lise, Jens en Lune
04/05/2020

Lise (26): ‘Ik dacht dat de combinatie van een kind opvoeden en vechten tegen borstkanker nooit zou lukken’

Lise werd eind december voor de eerste keer mama. Amper een week later sloeg het noodlot toe. De diagnose van borstkanker veranderde haar leven drastisch.

‘Op 30 december, de laatste dag dat ik in het ziekenhuis was na mijn bevalling, namen ze een echo en wisten ze dat er een gezwel zat in mijn borst. Zowel de radioloog, gynaecoloog als borstspecialist zijn toen bij mij geweest en zeiden dat de kans dat het gezwel kwaadaardig zou zijn heel klein was. Je gaat een dag later niet 100% gerust naar huis maar je bent wel een beetje gerustgesteld. Op 7 januari moesten we terug naar het ziekenhuis voor de resultaten van het onderzoek. Toen ik in de wachtkamer zat, kreeg ik verschillende mails binnen van het ziekenhuis met afspraken voor extra scans. Zowel ik als mijn vriend hadden hier geen goed gevoel bij. Vijf minuten later mochten we naar binnen en was het dus effectief geen goed nieuws. Ik kreeg de diagnose van borstkanker.’

‘Van het gesprek van 7 januari weet ik niets meer. Op dat moment was ik aan het denken: ‘Ik hoop dat Jens goed aan het luisteren is en dat hij alles snapt.’ Het was zoveel ineens dat ik niet wist wat ik eerst moest denken of doen. Ik was elf dagen mama dus ik was nog volop aan het zoeken hoe ik goed voor mijn kindje kon zorgen en dan krijg je de diagnose van borstkanker er nog bovenop. Ik dacht dat de combinatie van een kind opvoeden en vechten tegen de ziekte nooit zou lukken.’

 

Mama’s kleine geluk

‘Achteraf gezien ben ik wel heel blij dat Lune er is. Ze is zogezegd maar elf dagen ouder dan de diagnose van mijn borstkanker. Dit loopt zo parallel dat ik aan de hand van Lune weet hoelang mijn behandeling al bezig is. Nu heb ik ook afleiding thuis. Ik ben constant met mijn kindje bezig en daardoor denk ik ook minder aan mijn ziekte. Door gesprekken met vrienden via Skype besef ik soms pas dat ik mijn haren verloren ben. Vaak vergeet ik dan mijn mutsje op te zetten.’

‘Ik vergeet soms dat ik ziek ben omdat ik me lichamelijk nog goed voel. Ik kan nog altijd lopen, misschien niet zo ver meer maar ik kan het nog. Het was vooral heel onwezenlijk om te horen dat dit bij mij moest gebeuren. Dat gevoel heeft een week overheerst. Ik wens niemand anders dit toe maar ik dacht dat ik mijn portie miserie al wel gehad had. Ik dacht dat 2020 een goed jaar ging worden met Lune erbij, dat het ons jaar ging worden.’

Mama Lise met dochter Lune. ©Lise Polfliet

 

Ongewone kraamperiode

‘Normaal gezien kom je na drie dagen thuis met je baby en je man of vriend is dan ook tien dagen thuis. Daarna komt iedereen op bezoek, ga je wandelen met je kindje en ga je iets drinken met vriendinnen. Alle leuke dingen die ik in gedachten had, zijn helemaal overhoop gegooid. Gisteren was zogezegd de laatste dag van mijn moederschapsverlof, maar ik heb dat zo niet ervaren. Voor mij is het al ziekteverlof want ik ben momenteel midden in mijn behandeling.’

‘Het is gek om te zeggen want ik doe echt mijn best om voor Lune een goede mama te zijn, maar je bent niet de mama die je had willen zijn. Bijvoorbeeld 24 uur na de chemo mag ik Lune niet aanraken omdat ik dan de chemo uitzweet. Het zijn van die gekken dingen maar als je baby weent, is het eerste wat je wil doen de baby bij u nemen. Dit heb ik niet kunnen doen vanaf jonge leeftijd. Lune was nog maar twee weken en drie dagen toen ik mijn eerste chemo kreeg. Ik had nooit gedacht dat ik na twee weken mijn kind al een hele dag bij haar grootouders zou moeten achterlaten en dat ik zo vroeg zou moeten stoppen met borstvoeding.’

‘Wat het leven je geeft, moet je aanpakken’

‘Aan de andere kant zijn er ook mooie dingen gebeurd. Meer dan ooit besef ik dat ik eigenlijk helemaal geen dingen wil doen die ik niet graag doe. Je stelt even alles in vraag. Waar wil je met je leven naartoe en wat heb je nog voor ogen? Als ik niet ziek was geweest, hadden we nooit een nieuw huis gekocht. Dit zijn kansen die we niet zouden gegrepen hebben als de ziekte niet op ons pad was gekomen. Je denkt ook meer na: ‘Wat het leven je geeft, moet je aanpakken.’ Het huis heeft de perfecte ligging en het potentieel wat we willen dus waarom niet.’

 

Niet altijd even makkelijk

‘Ik heb twee momenten waarop ik het moeilijk had. Het ene is niet echt het moeilijkste maar het was het moment waarop het besef kwam dat het reëel is. Dat was toen ze de katheder plaatsten. Ze hadden vanuit de borstkliniek gevraagd om me volledig in slaap te doen zodat ik het niet bewust zou meemaken. Omdat er geen anesthesist was, hebben ze me plaatselijk verdoofd. Op dat moment begon ik te wenen en te hyperventileren omdat dan het besef pas kwam dat ik kanker heb. In het midden van de plaatsing hebben ze toch een anesthesist van wacht opgeroepen omdat ik zo aan het panikeren was.’

‘Het is niet omdat ik me uitwendig goed voel, dat ik alles zoals vroeger nog kan’

‘Het moeilijkste moment was toen ik voor de tweede keer terug ging lopen. Vorig jaar kon ik met gemak tien kilometer op een rustig tempo lopen. Ook heel mijn zwangerschap ben ik blijven sporten. Het was mijn uitlaatklep geworden. Ineens kon ik geen twee kilometer aan een stuk meer lopen. Toen heb ik mijn klop gekregen. Het is niet omdat ik me uitwendig goed voel, dat ik alles zoals vroeger nog kan. Ik denk dat het besef daarvan voor mij het moeilijkste is. Ik ben blij dat ik kan lopen, maar het is moeilijk voor mezelf om te aanvaarden dat ik in vergelijking met vorig jaar plots veel minder kan.’

 

Samen sterk

‘Buiten mijn vriend Jens wisten alleen mijn mama’s en mijn broer dat er iets in mijn borst zat. Tegen mijn schoonfamilie hadden we niets gezegd omdat we ze niet onnodig ongerust wilden maken. Mijn familie had vooral veel ongeloof toen ze hoorden van de diagnose. Ik heb dezelfde kanker waaraan mijn tante gestorven is. Mijn mama is ook drager van dat gen (BRCA1 gen red.) maar zij heeft preventief haar borsten langs beide kanten, baarmoeder, eierstokken en eileiders laten verwijderen. We hadden mijn tante al moeten afgeven en hadden dus onze portie miserie al gehad. We kregen allemaal een slag in ons gezicht. Iedereen is hard geschrokken en de verslagenheid was enorm groot.’

‘Ik wil niet dat de eerste maanden van Lune haar leven overschaduwd worden door mijn ziekte’

‘Ik ben nog zo jong. Ik zou normaal gezien in de fleur van mijn leven moeten zitten en van mijn pasgeboren dochter moeten genieten. Ik kreeg kaartjes met proficiat met de geboorte en veel sterkte. Dit is heel dubbel. De kaartjes waarop veel sterkte stond, heb ik weggesmeten. Ik wil niet dat de eerste maanden van Lune haar leven overschaduwd worden door mijn ziekte. Als ze binnen 25 jaar de kaartjes gaat lezen, gaat er met mij hopelijk niets meer aan de hand zijn. Je krijgt ook kaartjes en berichten van mensen waar je het totaal niet van verwacht. Dit deed mij wel deugd. Mensen zouden niet de moeite doen om een kaartje te sturen als je niets voor ze betekent.’

Lise, vriend Jens en dochter Lune. ©Lore Mattens

 

Het glas is halfvol

‘Ik ben van nature een ‘het glas is halfvol mens’ en niet een ‘het glas is halfleeg mens’. Ik kan obstakels heel snel omvormen naar iets positief. Mijn ziekte is iets waar je niets positief van kan maken. Ik ben er wel van overtuigd dat je er het beste van moet maken. Wilt dat zeggen dat ik nooit een hele dag op de zetel lig te wenen? Natuurlijk niet. Ik heb die momenten ook maar ik probeer wel gewoon het beste ervan te maken. Je kan ook niet anders, ik moet hierdoor. Is dat plezant? Nee. Is chemo krijgen plezant? Nee. Doet dat pijn? Ja natuurlijk.’

‘Nu heb ik ook tijd om dingen te doen die ik anders niet had kunnen doen’

‘Het rare is ook dat je ziek moet worden door de chemo om daarna beter te worden. Op zondag heb ik het ook moeilijk omdat ik op maandag naar het ziekenhuis moet. Je weet wat je te wachten staat. Ik probeer wel altijd positief te blijven. In de put blijven zitten is ook helemaal niets voor mij. Nu heb ik tijd om dingen te doen die ik anders niet had kunnen doen. Jens is momenteel ook thuis om voor mij en voor onze kleine meid te zorgen. Welk kind kan drie maanden opgroeien bij mama en papa? Dit heeft ook zijn charmes. Voor Jens en mezelf is het ook zoeken maar het heeft ons nog dichter bij elkaar gebracht.’

 

Coronacrisis

‘Alles is op de dag van vandaag meer dan onder controle. Na mijn zware chemosessies was de tumor al gehalveerd. Dit was iets wat niemand verwacht of zelfs gehoopt had. Het is een teken dat ik heel goed reageer op de chemo. Door de coronacrisis is er wat roet in het eten gestrooid. Ik heb al twee weken geen chemo meer gekregen omdat mijn bloedwaarden niet goed genoeg waren. We zijn ook extra voorzichtig. Voorlopig staat de laatste chemosessie gepland eind mei. En de volledige mastectomie (borstamputatie aan beide kanten red.) op 22 juni. Het is goed dat dit allemaal vastligt. Bij het begin van de zomer zal alles hopelijk achter de rug zijn en in september kan ik met een propere lei terug beginnen.’

‘Ik wil niet onnodig bang zijn voor het coronavirus. Er ligt al genoeg op mijn bord waarover ik me zorgen moet maken’

‘We hebben vanuit het ziekenhuis strikte maatregelen gekregen. We zitten met drie in quarantaine. We komen eigenlijk niet meer buiten, behalve tijdens onze dagelijkse wandeling of als een van ons gaat lopen. Naar de winkel gaan, mogen we niet. Onze familie ondersteunt ons hier heel goed in. Naar het ziekenhuis gaan voor chemo is de enige uitzondering die we mogen maken. Als risicopatiënt ben je wel heel voorzichtig. Je moet het niet gaan zoeken. Mijn handen zijn ondertussen ook al helemaal uitgedroogd door de alcoholgel. Ik wil niet onnodig bang zijn voor het coronavirus. Er ligt al genoeg op mijn bord waarover ik me zorgen moet maken, laat dit dan maar gewoon snel passeren.’

 

Toekomstplannen

‘Ik ga veel meer genieten van de kleine dingen in het leven. Een half jaar geleden had ik een heel druk leven met twee jobs en met de verschillende fanfares waarin ik speel en lesgeef. Ook sporten en afspreken met mijn vrienden kwamen daar nog bij. Ik leefde eigenlijk aan 200%. Dat is heel leuk maar ik ga nu gewoon genieten van deze kleine dingen. Ik ga ook meer nee durven zeggen. Vroeger wilde ik voor iedereen goed doen.’

‘Naar de verre toekomst kijk ik niet, ik zal wel zien wat er op mijn pad komt’

‘Nu probeer ik meer op mezelf te focussen. Ik wil iets doen omdat ik het leuk vind en niet om anderen een plezier te doen. Voor de rest wil ik nog mooie reizen maken en kijk ik er enorm naar uit om ons nieuwe huis helemaal te verbouwen. Het gaat een mooie afronding zijn. We verhuizen pas in december dus er gaat een jaar leven met kanker voorbij zijn. In januari 2021 begint er een heel nieuw hoofdstuk voor mij en mijn gezin. Naar de verre toekomst kijk ik niet, ik zal wel zien wat er op mijn pad komt.’

 

Tekst: Jolien Ceulemans, foto’s: ©Lore Mattens en Lise Polfliet