Kim heeft misofonie: ‘Iemand die een appel eet, wil je vermoorden’
‘Als ik jong was, konden ze er totaal geen naam op plakken. Er was helemaal niets over gekend. Daarom noemde ik misofonie toen het vervelende-mensensyndroom. Ik kon geen te lange babbels met mensen aan tafel aan. Dan werd ik zot.’ Kim Achtergaele (22), studente radiojournalistiek, lijdt aan misofonie, een afkeer van bepaalde repetitieve geluiden zoals slikken. Ze vertelt ons hoe ze ermee om leerde gaan: van irritatie tot oordoppen en muziek.
‘Misofonie ontwikkelt zich bij de meesten aan het begin van hun tienerjaren. Bij mij was dat op mijn twaalfde. Je merkt dat die geluiden stilaan binnenkomen. Het begint met bestek en alles wat op porselein klingelt, maar het evolueert naar het letten op hoe iemand spreekt en slikt. Hoe beter je een persoon kent, zoals bijvoorbeeld een van je ouders, hoe harder je daarop begint te letten. Zij die het dichtst met je samenleven, beginnen je het hardst te irriteren. Dat is rot. Je kan niet boos worden op iemand omdat die een appel eet, maar vanbinnen wil je die vermoorden.’
Misofonie verbergen
‘Als ik vroeger examen had, kon ik mij moeilijk focussen. Ik concentreerde mij veel meer op het geklik van een pen van mijn vriendin, wat ik dan achteraf ook tegen haar zei. Toen zei ze me om gewoon eens oordoppen aan te doen. En nu draag ik die heel veel. Toen waren er dat van die kleurrijke en die vielen hard op. Dan vroeg iedereen altijd wat ik in mijn oor had en moest ik steeds zeggen dat ik oordoppen droeg. Dat was zo gênant. Nu heb ik dus vleeskleurige oordoppen die je niet ziet. Het dragen maakt je wel een beetje doof. Om niet te moeten uitleggen wat misofonie is, zeg ik heel vaak dat ik niet zo goed hoor en dat ze het wat luider moeten zeggen. Ik zeg dat liever dan dat ik moet uitleggen dat ik oordoppen draag.’
‘Misofonie is als een paniekaanval, maar met meer woede’
‘Je kan het eigenlijk een beetje vergelijken met een paniekaanval, maar met meer woede. Je denkt effectief dat die persoon een geluid maakt om mij te kloten. Ik zat ooit zestien uur op een vliegtuig waar de mens achter mij aan het niezen was en diegene voor mij aan het hoesten, de ganse vlucht. Ik werd compleet gek op dat moment. Om rustiger te worden heb ik dan mijn oordoppen ingedaan en er een koptelefoon met muziek overheen gezet. Na een kwartier was het dan al beter.’
Impact op gezin
‘Mijn vriend Thomas is zo’n grote steun geweest. In het begin van de relatie maakte hij een aantal geluiden en op een gegeven moment sloegen mijn stoppen door. Ik kon daar niet tegen en vroeg hem om te stoppen met die geluiden, vooral het slikken. Hij vond eerst dat hij zich niet moest aanpassen. Maar toen ik uitlegde dat ik daar echt niet tegen kan en dat ik dat niet kan afzetten, maakte hij een klik en vroeg hij me wat hij kon doen om het me gemakkelijker te maken. Dat vond ik zo cool! Maar zoals het bij Thomas vooral slikken is, is dat bij iedereen anders. Mijn mama heeft dan weer een gekke manier van babbelen.’
‘Bewegingen hangen vast aan geluiden’
‘Het zijn echt vooral mondgeluiden die repetitief zijn van nature. Dingen zoals slikken, het tikken met je voeten, hoesten, het schrapen van je keel … Al zijn er ook bewegingen bij die vasthangen met geluiden. In principe hoor ik het geluid niet als ik oordoppen en een koptelefoon aanheb. Toch kan ik zot worden omdat ik weet welk geluid die beweging maakt. Ik moet het gekraak van een appel niet horen om te weten welk geluid dat maakt. Tijdens de lockdown is het ook erger geworden. Hiervoor kon ik nog eten met enkel oordoppen, maar nu moet daar altijd een koptelefoon over met muziek. Dat is heel vervelend want wanneer gaat het ooit genoeg zijn? Misschien wil ik nog een koptelefoon over een koptelefoon (lacht).’
Behandeling
‘Als radiostudente moet ik toegeven dat het geen probleem is. Daar had ik vroeger veel schrik voor. De helft van de tijd neemt de adrenaline over. Dat en het verhaal dat iemand brengt is vaak goed genoeg om die misofonie te onderdrukken. Al is het al voorgekomen dat een persoon met wie je belt zo’n vervelende stem heeft dat ik het geluid ervan stiller zet. Dan hoor ik nog wel wat ze zeggen, maar hoor ik de stem minder.’
‘Er is een boek over misofonie geschreven dat ik heel leuk vond. Dat was een heel leerrijk boek. Ik zit ook in enkele Facebookgroepen waar ik veel uithaalde. Dat was niet altijd even slim, want andere mensen hun irriterende geluiden ontdekken, kan ervoor zorgen dat je die overneemt. Als het gaat over remedie lijkt het AMC in Amsterdam de enige plek waar ze het deftig onderzoeken en ze een gedragstherapiebehandeling hebben. Ik denk eraan dat wel eens te proberen. Die therapie leert je niet om het te ontwijken, maar om ermee om te gaan. Ik ben er zeker van dat ik het ooit wel eens zal doen. De vraag is wanneer? Wanneer gaat het echt mijn oren uitkomen?’
Tekst: Arnaud De Martelaere, foto: ©Kim Achtergaele