04/01/2021

Scavenging Project: Het lugubere en fascinerende onderzoek van Elke Wenting

De meesten onder ons blijven liever weg van lijken en kadavers, maar Elke Wenting (26) is mateloos gefascineerd door het ontbindingsproces. Als promovenda aan de Wageningen Universiteit in Nederland probeert ze met haar Scavenging Project te onderzoeken wat er met al de voedingsstoffen van kadavers in de natuur gebeurt.

Wat is het Scavenging Project juist?
‘Het is mijn doctoraatsproject. Ik onderzoek wat er juist met de voedingsstoffen van kadavers gebeurt. Het project duurt vijf jaar en ik ben nu ongeveer halverwege. Er komt veel veldwerk bij kijken, waarbij we observeren en meten hoeveel van de kadavers worden opgegeten door aaseters.

Normaal gezien dien je voor zo een project een voorstel bij het NWO (Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek) in en zij sponsoren dan je onderzoek.
Ik mocht mijn voorstel bij de Wageningen Universiteit zelf indienen tijdens een soort interne pitch. Zij vonden mijn project zo interessant dat ik een persoonlijke beurs kreeg voor het onderzoek.’

‘Alle dieren komen uit het reguliere faunabeheer. Ze verlaten het gebied zelfs niet.’ © Elke Wenting

Hoe kom je erbij om een project met dode dieren te beginnen?
‘Ik ben altijd al met dieren bezig geweest. Daarom dat ik een bachelor en master heb gedaan in dierenhouderij. Tijdens de stage voor mijn master kwam ik bij ARK Natuurontwikkeling terecht. Een Nederlandse organisatie die aan natuurbescherming doet. Daar leerde ik werken met kadavers en sindsdien ben ik bij dat onderwerp blijven hangen. Zowat al mijn papers en onderzoeken gaan sindsdien over dieren en het ontbindingsproces.’

Wat is zo fascinerend aan het ontbindingsproces?

‘Een dier dat sterft maakt nog altijd deel uit van de voedselcyclus. Alles om ons heen bestaat uit voedingsstoffen, ook dode dieren. Aaseters, bacteriën en planten kunnen goed gebruik maken van de soms erg zeldzame stoffen die in een dood dier achterblijven. Elementen zoals zink, kobalt en selenium zijn heel schaars in de natuur, maar alle dieren hebben die stoffen in een lage concentratie nodig. Kadavers zijn vaak de enige plaats waar die stoffen te vinden zijn voor veel dieren. Ook al zijn Aaseters en de voedingsstoffen in kadavers een essentieel onderdeel van de hele kringloop, we weten er eigenlijk nog maar weinig over. Dat wil ik met mijn onderzoek remediëren.’

Elke Wenting op een van de twee testlocaties van haar project © Elke Wenting

Wat zou je graag ontdekken met je onderzoek?
‘Ik wil ontdekken wat er allemaal met die voedingsstoffen in de kadavers gebeurt. Mijn theorie is dat als er veel verschillende soorten aaseters in een gebied aanwezig zijn, dan worden de voedingsstoffen beter verspreid waardoor ze de hele kringloop ten goede komen.
Zonder de aaseters, zullen de voedingsstoffen in de bodem lekken. De concentraties zijn zo hoog dat planten er niet veel mee kunnen doen en dan duurt het heel lang, wel miljoenen jaren, voordat die stoffen weer uit die diepe bodemkringloop komen.’

Hoe test je zoiets?
‘Ik heb één groot veldonderzoek lopen. Er is een heel team om mij te ondersteunen, waaronder mensen van de universiteit, maar ook een heleboel vrijwilligers van Natuurmonumenten.

Voor de experimenten hebben we twee testlocaties met verschillende opstellingen. Daarnaast plaatsen we vaak ook camera’s bij andere kadavers in het bos om het ontbindingsproces en gedrag van de aaseters te monitoren.

Al onze experimenten vinden plaats in het gebied van de Veluwezoom. Het gebied is perfect voor mijn onderzoek, want het bevat het meest volledige aasetersbestand van heel Nederland.’

Natuurgebied de Veluwezoom in Nederland, kaart via Google Maps

‘We werken met een systeem van systematische uitsluiting. Met verschillende soorten van afspanningen en rasters kunnen we bepaalde diersoorten uitsluiten. Zo weten hoeveel de dieren opeten en hoeveel er verdwijnt in de bodem.

Het is niet altijd even gemakkelijk. Een van onze proefopstellingen werd een keer helemaal afgebroken door een rotte wilde zwijnen. Ze hadden een manier gevonden om de schrikdraad te omzeilen. Als zoiets gebeurt dan is die hele test waardeloos. Zo een test kan wel een half jaar duren, dus dat is heel veel werk dat dan verloren gaat.’

Het filmpje van de zwijnen die de testopstelling vernielen is te bekijken op de instagram van Elke: https://www.instagram.com/p/CIIv5wBDJ_c/

Waar haal je al die dode dieren vandaan?
‘Al onze kadavers komen uit het reguliere faunabeheer. Het is allemaal afschot als deel van het natuurbeheer. We jagen niet op de dieren, zonder het project zouden er evenveel dieren sterven. In het gebied van De Veluwezoom blijft normaal honderd procent van de kadavers liggen. Het enige verschil is dat de natuurbeheerders het voor mij meenemen en even ergens anders in het gebied leggen.’

Waarom kies je ervoor om de beelden op sociale media te plaatsen?
‘Als je werkt met observatiecamera’s, verzamel je automatisch een hele hoop beelden. Ik vond het zonde om ze niet te delen, omdat ze zo leuk en fascinerend zijn.

Op Instagram komt er eigenlijk geen negatieve commentaar op mijn foto’s. In mijn ervaring fascineert het juist veel mensen. Mensen die het niet willen zien, zullen waarschijnlijk ook gewoon snel wegklikken. Dat is prima voor mij. Velen weten niet dat dit soort onderzoek ook bestaat. Het is goed om te tonen wat je als promovenda en onderzoeker de hele dag doet, zo begrijpt men het werk van een onderzoeker ook beter. Ik denk dat het voor alle onderzoekers goed is om te tonen waar je mee bezig bent. Ik leid geen geheim project. Iedereen mag zien wat ik doe, ook al ziet het er soms wat vreemd uit.’

Voor meer beelden van het Scavenging Project kan je terecht op de Instagram van Elke Wenting: https://www.instagram.com/scavenging_project/?hl=nl

Tekst: Jeffrey Meskens, foto: © Elke Wenting