30/10/2021

COLUMN – wegwijs

Nadat ik mijn fiets stevig heb vastgemaakt, ga ik samen met Margot richting de hoofdingang van de 24 urenloop, waar we al meteen worden tegengehouden. ‘Komen jullie om te lopen?’ Ik leg uit dat ik hier ben om een interview af te nemen, waarna de medewerkster ons doorverwijst naar de ingang van de crew, helemaal aan de andere kant van het terrein. We stappen het hele gebouw rond en met ons Covid Safe Ticket raken we uiteindelijk binnen.

Na ruim vier uur vol sfeer, enthousiasme en hotdogs, besluiten we rond 22.30 u terug te keren naar ons kot. Maar dat loopt minder soepel dan verwacht. We volgen de bordjes uitgang, waar we opnieuw worden gestopt. ‘Hebben jullie gelopen?’ ‘Nee,’ antwoord ik, ‘ik heb hier enkel interviews afgenomen.’ ‘Dan zullen jullie langs de andere uitgang naar buiten moeten. Anders raakt onze telling in de war.’ Zucht. We keren terug en leggen weer helemaal hetzelfde parcours rond de looppiste af.

Waar wij naar buiten moeten, staan massa’s mondmaskerloze mensen tegen elkaar geplakt te wachten om binnen te raken en nergens is een opening waar we weg kunnen. ‘Zijn jullie hier bij een vereniging?’, vraagt de zoveelste medewerkster ons. Weer leg ik uit waarom we hier zijn. ‘Dan zou ik zeggen: probeer ertussen door te glippen.’ Terwijl Margot en ik ons tussen de massa wringen, vuurt de hele wachtrij boze blikken op ons af. ‘Eindelijk!’ zuchten we opgelucht, het voelt alsof we net op tijd uit een escaperoom zijn ontsnapt.

Wat we nog niet wisten, is dat onze fietsen opeens ingesloten zijn door hekken. Shit. Omdat we geen andere uitweg vinden, gaan we terug naar de hoofdingang waar we in het begin niet binnen werden gelaten. Daar zien we opeens een constructie van hekken, horizontaal opgesteld alsof je in een pretpark staat aan te schuiven voor de boomstammetjes.

‘Het kan meer dan een uur duren voor je binnenraakt’, horen we de crew zeggen tegen studenten die nu pas aankomen. No way dat ik hier een uur ga wachten om aan mijn fiets te raken die letterlijk twee meter verder achter een paar hekken staat. Vastberaden om aan onze fietsen te raken, zigzaggen we tussen de hekken door en klimmen erover, naast een immens lange rij van wachtende jongeren die ons raar aankijkt. Nadat we onze fietsen over de hekken hebben getild, zigzaggen we opnieuw, deze keer met onze fiets aan de hand. Eindelijk bevrijd, maar hopelijk niet besmet.

Tekst: Marte Everaerts, eindredactie: Hanne Van Daele
Foto: ⓒ Marte Everaerts