03/11/2021

RECENSIE – De culinaire charmes van het regenboogmannetje

Melodie ‘Henri’ gecomponeerd door de gebroeders Campens is louter samengesteld uit smaakvolle muzieknoten die als culinaire parels door de Vlaamsesteenweg in Brussel walsen. De broers kozen voor een klassieke keuken waar ze de puurheid van producten respecteren en elk gerecht in een creatieve saus dompelen.

In de jaren ‘80 was Chez Henri een visrestaurant en zakten veel Brusselaars naar dit pand af om de mosselen te proeven die ze hier serveerden. In 2003 staken Jurgen Campens en Sven Campens, het intussen verwaarloosde perceel, in een nieuw jasje. Chez Henri nam zijn koffers, tijdperk Henri werd geboren. De dag waarop de deuren van Henri openzwaaiden kregen ze een goudvis als openingscadeau. Van zodra de eerste gasten hun tafel reserveerden vroegen velen zich af waar nu precies de oorsprong van de naam Henri lag. Ze besloten om hun goudvis zo te dopen. De bokaal van deze spartelende waterrat werd vervangen door een aquarium vol familieleden en zijn kopje zou voortaan op elke eetkaart pronken.

Gastronomisch prijspakket

De tafels zijn simplistisch, maar stijlvol met oog voor detail. Als protagonist in dit gastronomisch verhaal kies ik voor de gelakte rosbief-salade met geitenkaas, druiven en hazelnoot. Elke perfectionist krijgt een culinair orgasme van de precisie waarmee ze dit gerecht samenstellen. Vermoedelijk passeerde het regenboogmannetje tijdens het dresseren van het bord, tinten die elkaar perfect aanvullen. De reepjes geitenkaas geven de knisperende sla een fluweelzacht karakter en de hazelnoten zorgen voor de hartige kant. De rosbief neemt in dit gerecht de taak van smaakvol-inpakpapier op zich en verpakt de salade in een roze jas die op je tong wegsmelt en je kennis laat maken met de zomerse inhoud van dit cadeau. Kortom: een prijspakket.

Op de dessertkaart staan zes zoete zondes opgelijst. In één oogopslag val ik in zwijm voor de charmes van nummer vier: een trifle met kastanje, abrikoos en grappa. De frisse room tempert het zoetheidsgehalte van de abrikozen en de grappa zorgt voor extra ambiance aan tafel. Het gebak zwemt in dit alcoholisch goedje en zorgt voor een pittige nasmaak die na enkele happen naar je hoofd stijgt. De bubbels die als vuurvliegjes door mijn glas Spumanté vlogen, zijn vervangen door rooskleurige olifanten. Een doldwaze circusbende die normaal gesproken enkel voorbij wipt na een kennismaking met de dessert drankenkaart.

Culinair sprookje

In mijn doorsnee koffie zijn het maatschappelijk verantwoorde wolkje melk en toefje slagroom ver zoek. Vermoedelijk zou Van Daele mijn kop niet als het zwarte goud omschrijven, maar als ‘een warme chocolademelk voor volwassenen’. Als ik ooit nog eens wil binnenwippen bij Henri is het geen optie om deze beschamende drank te bestellen. Dan maar een verse muntthee, het perfecte alternatief waarmee ik gespaard blijf van mijn schaamrode kaken. Bij de thee serveren ze twee versnaperingen, een speculaaskleurig kruidenkoekje en een zachtgele cake met een zure citroensmaak. De woorden ‘en ze leefden nog lang en gelukkig’ worden in dit culinair verhaal, door deze frisse afsluiter, op papier getoverd.

Meneer Henri, u bent één van de mooiste vissen van de zee. Vanaf heden zal ik u niet meer voorbij zwemmen zonder op visite te komen in uw nederige stulp.

Tekst: Eline September, eindredactie: Marte Everaerts
Foto: © Sven Campens en Jurgen Campens