In 1995 won hij de World Masters, een toernooi dat je kan vergelijken met het huidige WK darts. Twee jaar later kwam daar drie keer op rij de titel van Belgisch kampioen bij. Erik Clarys (53) werkt vandaag als cocommentator bij televisiezender VTM 2, maar was vroeger de beste darter van ons land. ‘De successen kwamen al vrij snel.’

Erik groeide op in het café van zijn tante en kwam er in contact met verschillende caféspellen als biljart. In 1984 ontstond ook daar zijn passie voor darts. ‘In dat jaar vond in Antwerpen toevallig het WK darts plaats en daarom hingen we een dartbord op in het café. Ik begon te oefenen en had snel door dat ik goed met de pijltjes overweg kon. Het eerste jaar heb ik er veel geoefend en me enorm toegelegd op het darts.’

Na een tijdje nam Erik deel aan lokale toernooien in de omgeving van Antwerpen. Dat was het begin van zijn carrière als topdarter. ‘De successen kwamen al vrij snel. Ik heb een vijftal jaren toernooien op regionaal en nationaal niveau gespeeld. In 1989 ging ik internationaal en een jaar later mocht ik al aansluiten bij onze nationale ploeg.’

WK & World Masters
‘Ik heb heel veel in het darts geïnvesteerd om te kijken hoe ver ik kon geraken. Dat deed ik door jarenlang deel te nemen aan internationale toernooien, met als doel om ooit op het WK te staan. Toen was dat het grootste toernooi van de wereld.’ Het vele reizen loonde, want in 1995 slaagde Erik erin om zijn doel te bereiken. In totaal nam hij elf keer deel aan het WK en in 2003 bereikte hij de kwartfinale.

Het wereldkampioenschap won Erik niet, maar in 1995 won hij wel de World Masters. Dat is een Nederlands toernooi dat je kon vergelijken met het WK. ‘Enkel de vier beste spelers van ieder land mochten daaraan deelnemen, of je moest een bepaald ander toernooi gewonnen hebben. Je speelde dus altijd tegen een topper. In de kwartfinale, halve finale en finale speelde ik tegen de drie beste spelers van de wereld. Een beter parcours kon ik dus niet afleggen.’

Beleving
‘Toen ik het internationale circuit afreisde, verbleef ik ongeveer 40 weekends per jaar in het buitenland. Meestal zat ik in Engeland, waar toernooien vaak twee dagen duurden. De ene dag speelde je één tegen één en de andere dag koppelwedstrijden.’

De toernooien die Erik in het buitenland speelde, beleefde hij op een andere manier dan de Belgische toernooien. ‘In het buitenland had je grotere zalen en dus ook meer publiek. Ik vond het leuker om daar wedstrijden te spelen. Vaak kwam ik er dezelfde topspelers tegen, die je beter leren kennen. Dat maakte het makkelijker om tegen hen te spelen. Op Belgische toernooien was dat lastiger, omdat ik de betere speler was. Ik nam dan het prijzengeld af van de kleinere spelers.’

‘In mijn periode als topspeler kon je van darts niet je beroep maken’

In de loop van de jaren bouwde Erik een mooie prijzenkast uit. Daarin zitten zowel nationale als internationale prijzen. Zo behaalde hij zeven keer de titel van Belgisch kampioen. ‘De eerste keer dat ik Belgisch kampioen werd, is de mooiste herinnering uit mijn carrière. Belgische titels staan bij mij hoog aangeschreven.’

Topdarter, maar niet genoeg om van te leven
Erik was topdarter, maar dat betekent niet dat het zijn beroep was. Hij combineerde darts met zijn job als magazijnier. ‘In mijn periode als topspeler kon je van darts niet je beroep maken. Ik kwam pas uit de kosten in het jaar 2000. Om het circuit af te reizen, betaalde je ongeveer 7500 euro. Het prijzengeld lag bovendien veel lager. Toch zorgden de vele toernooien ervoor dat mijn inkomsten even groot waren als mijn uitgaven.’ De verschillen met het darts van vandaag zijn dus groot. Profspelers kunnen nu zonder problemen hun brood verdienen en van het darts hun beroep maken. Dat komt omdat de media-aandacht vandaag veel groter is. Het prijzengeld steeg daardoor enorm. Zo krijgt de winnaar van het WK nu bijna 600.000 euro.

Ongelukkige val van ladder
In juni 2006 eindigde de carrière van Erik, door een val van een ladder. Hij brak daarbij zijn werparm op verschillende plaatsen. ‘De hoop op een terugkeer was er. Ik heb mijn arm twaalf keer laten opereren, alleen zag het er na elke operatie slechter uit. Ik heb dan geprobeerd om met mijn linkerarm te gooien. Ook met links haalde ik een redelijk niveau, maar dat was niet zoals daarvoor. Daarom heb ik na een tijd de hoop opgegeven.’

Ik ervaar dat ik nu meer erkenning krijg, dan toen ik topspeler was

Cocommentator & workshops
Vandaag is Erik cocommentator darts bij televisiezender VTM 2. Dat doet hij nu exact een jaar, want in december 2020 kon je voor het eerst naar darts op de Vlaamse televisie kijken. ‘Door mijn werk als cocommentator ben ik terug meer met darts bezig. Ik ervaar dat ik nu meer erkenning krijg, dan toen ik topspeler was. Vroeger was er veel jaloezie en dat is nu minder. Naast mijn werk bij VTM 2 geef ik trouwens ook workshops, waarbij ik tips geef en talenten probeer te spotten. Ik had nooit verwacht dat het darts zo populair zou worden in Vlaanderen. Als je de kijkcijfers erbij neemt, denk ik dat we misschien voor een lange tijd vertrokken zijn.’

Elke darter heeft een bijnaam en opkomstnummer. Dat was dus ook bij Erik het geval. Benieuwd? Ontdek het in het fragment hieronder.

Tekst en reportage: Enjo Hermans
Foto: © Erik Clarys