07/01/2022

Winterdepressie of winterblues?

De winter is weer in het land. Dat betekent weer kortere en donkerdere dagen. Veel mensen geven in deze periode aan dat ze zich futlozer en neerslachtiger voelen, een fenomeen dat ook wel winterblues wordt genoemd. De meest extreme vorm van winterblues is winterdepressie, maar niet elke expert is overtuigd dat dit ook echt bestaat. Onze 21-bis reporter Liam Verbinnen zocht antwoorden en vroeg uitleg aan psychotherapeut Veerle Verbic.

Veel mensen herkennen het vast wel: de donkere en koude wintermaanden hebben een invloed op je gemoed. Je hebt minder energie, bent minder gemotiveerd en hebt meer moeite om in de ochtend op te staan. Er zijn verschillende namen om naar dit fenomeen te verwijzen: winterblues, winterdip en winterdepressie, maar volgens psychotherapeut Veerle Verbic wordt er in de praktijk vooral over winterblues gesproken: ‘In ons vakgebied spreken we niet zo snel over winterdepressie. Dat klinkt al meteen vrij diagnostisch en erg symptomatisch. De meeste mensen voelen zich in de donkere maanden gewoon wat minder fit en neerslachtiger. Naarmate het lichter en warmer wordt, krijgen ze weer meer energie en zin om dingen te doen. Winterdepressie is een wat te sterke term om naar dit fenomeen te verwijzen, daarom noemen we het winterblues.’

Winterdepressie

Toch bestaat de term winterdepressie wel. Het is een variant van de klassieke depressie en wordt in de wetenschappelijke literatuur ook wel seizoensafhankelijke depressie genoemd. Iemand met winterdepressie voldoet dus aan de criteria van de klassieke depressie, maar heeft deze symptomen alleen in de donkere maanden.

Hoewel de term al sinds de jaren 80 bestaat, is niet iedereen overtuigd dat winterdepressie wel echt bestaat. De resultaten uit wetenschappelijk onderzoek zijn gemengd. Sommige onderzoeken suggereren dat winterdepressie nauwelijks voorkomt in de zonnige landen rond de evenaar en steeds vaker voorkomt des te noordelijker je gaat. Andere onderzoeken spreken dit tegen. Zo was er in 2016 een Amerikaans telefonisch onderzoek bij meer dan 34.000 mensen die geen verband vond tussen klassieke depressie en woonplaats of seizoen. Op basis van dit onderzoek kan niet met zekerheid gesteld worden dat winterdepressie niet bestaat, maar het deed een aantal wetenschappers twijfelen of de winter wel zo’n grote impact heeft op klassieke depressie.

De wetenschap twijfelt dus, maar volgens Verbic is in de praktijk de opdeling tussen winterdepressie en klassieke depressie niet zo belangrijk: ‘Ik ben niet echt fan van de klassieke diagnostiek die mensen een label toekent. Mensen zeggen niet tegen mij: “Ik heb last van winterdepressie, kun je me daarmee helpen?” Ze komen naar mij met een bepaalde hulpvraag en ik ga dan kijken naar wie die persoon is en waar ik therapeutisch rond kan werken. Het kan dan zijn dat hun klachten eerder aanleunen bij klassieke depressie, bij winterblues of bij een angstproblematiek, maar uiteindelijk is dat maar een naam die we eraan geven.’

Licht

Over het effect van de winter op klassieke depressie kan dus gediscussieerd worden, maar hoe zit het met het effect op onze stemming? Uit onderzoek blijkt dat het zonlicht en het weer een invloed hebben op iemands gemoed en dat blijkt volgens Verbic ook uit de therapeutische praktijk: ‘Het is opvallend dat in de periode van begin oktober tot eind februari er meer mensen zich aanmelden in mijn praktijk. Dat is een fenomeen dat ieder jaar terugkomt.’

Mensen zoeken dus vaker therapeutische hulp in de winter, maar hoe komt dat? De meest gangbare verklaring is dat het licht een rol speelt. Via onze ogen vangen we dagelijks een bepaalde hoeveelheid licht op die in onze hersenen de aanmaak van bepaalde stoffen triggert. Deze stoffen hebben we nodig om goed te kunnen functioneren. Zo hebben we het hormoon melatonine nodig om te kunnen slapen en hebben de neurotransmitters dopamine en serotonine een invloed op ons gemoed. Aangezien er in de winter minder licht is, zullen we minder van deze stoffen aanmaken, waardoor sommige mensen zich minder goed voelen.

 

Biopsychosociaal model

Licht is dus een belangrijke factor, maar Verbic benadrukt dat ook andere verschillen tussen winter en zomer een rol kunnen spelen. De winter is bijvoorbeeld een tijd waarin mensen vaker binnen zijn. Het is mogelijk dat mensen minder actief zijn door het slechte weer, dat bepaalde activiteiten niet doorgaan die normaal een uitlaatklep vormen, of dat ze minder met vrienden afspreken. Ook de eindejaarsperiode kan voor spanningen zorgen: mensen zijn vaker thuis, wat ieder jaar voor een stijging in relatieproblemen zorgt, en mensen kunnen teleurgesteld zijn over de feestdagen als die niet zijn verlopen zoals ze verwacht hadden.

Bovenop deze verschillen tussen winter en zomer, is er ook nog het feit dat niet iedereen last heeft van winterblues. Er spelen dus ook individuele factoren mee die er de ene persoon vatbaarder voor maken dan de andere. Volgens Verbic is dat vermoedelijk een combinatie van genetische aanleg en omgevingsvloeden. Een van de factoren is je netwerk en ondersteuning: wie voldoende steun heeft zal makkelijker lastige situaties kunnen overbruggen dan wie er alleen voor staat. Ook heeft het een stukje te maken met je ontwikkelingsgeschiedenis: hoe je als kind hebt leren omgaan met moeilijke situaties, speelt een rol in hoe je dat later doet. Verbic legt uit dat men in de psychologie uitgaat van een zogenaamd biopsychosociaal model: zowel biologische, psychische als sociale factoren spelen een rol bij het ontwikkelen van een aandoening. Het gebrek aan licht is dus waarschijnlijk een triggerende factor, bovenop een heleboel andere individuele en sociale factoren.

Lichtbril

Niet iedereen ondervindt dus evenveel invloed van de donkere wintermaanden, maar wat kan je doen als je er wel last van hebt? Om te beginnen is het belangrijk om vaak genoeg naar buiten te gaan om licht op te vangen. Veel mensen komen in de zomer wel buiten, maar doen dat een stuk minder in de winter. Daarnaast is het ook belangrijk om te blijven bewegen, gezond te eten en af te spreken met vrienden. Als er bepaalde activiteiten niet kunnen doorgaan in de winter, denk maar aan de winterstop bij bepaalde sporten, probeer dit dan te vervangen door iets wat je wel kan doen.

Meer buitenkomen zal voor sommige mensen niet genoeg zijn om voldoende licht op te vangen. De winter is nu eenmaal vrij donker. Gelukkig bestaan er tegenwoordig technologische oplossingen in de vorm van lichtbrillen en -lampen. Deze handige stukjes techniek zenden kunstlicht uit die dezelfde uitwerking heeft als daglicht: het verhoogt de stoffen in onze hersenen die een invloed op ons gemoed hebben. Ook helpen ze je in de ochtend om wakker te worden: het licht signaleert aan je lichaam dat de dag begonnen is en onderdrukt het slaaphormoon melatonine.

Volgens Verbic levert lichttherapie goede resultaten op: ‘Ik heb zelf zo’n lichtbril en leen hem regelmatig uit aan mensen met winterblues. Ik vraag hen of ze het willen proberen voor een periode van drie tot vier weken. Ze moeten die bril dan iedere ochtend opzetten. De meeste mensen die het proberen, merken echt wel een verschil.’

Zonnestraaltje

Voor wie heel veel last heeft van winterblues, kan het ook raadzaam zijn om hulp te zoeken. Wanneer je dat precies best doet, is volgens Verbic een heel individuele beslissing. Zij vindt dat het raadzaam is om hulp te zoeken als er echt fysieke klachten zijn, zoals een grote invloed op het slaap- of eetpatroon of echt fysieke pijnen. De behandeling zal vooral bestaan uit gesprekstherapie, lichttherapie en werken rond structuur.

Tot slot heeft Verbic ook nog een geruststellende raad: ‘Af en toe mag je ook eens een slecht dagje hebben. Soms is het gewoon een rotdag en mag je die dag best gebruiken om een beetje te balen. Als je dan de volgende dag weer met goede moed kan beginnen, dan is alles gewoon oké. Het lijkt soms alsof we ons nooit slecht mogen voelen. Natuurlijk kan dat niet eindeloos blijven duren, maar elke dag als een zonnestraaltje door het leven gaan, dat kan niet en dat is gewoon oké.’

Tekst: Liam Verbinnen, eindredactie: Jeroen De Pauw
Foto: Anthony Tran via Unsplash