Kinderen van de buitengewone onderwijsschool Sint-Rafaël vieren het einde van een project.
25/04/2024

Vijf vragen over het buitengewoon onderwijs: een radar van diversiteit

Het buitengewoon onderwijs is meer dan een school met één richting. Onderverdelingen zorgen ervoor dat elk kind de ondersteuning krijgt dat het nodig heeft. Daarnaast krijgen jongeren met een beperking ook kansen buiten school. Leerkracht Louise Van Der Veken uit de buitengewone onderwijsschool Sint-Rafaël beantwoordt vijf vragen.

Wat zijn de verschillende types in het buitengewoon onderwijs?

Het buitengewoon onderwijs is opgedeeld in negen types. Zo komt een kind in de juiste omgeving terecht voor zijn of haar beperking en kunnen de kinderen op de juiste manier ondersteuning krijgen. ‘Binnen de hele radar van beperkingen is er zoveel diversiteit’, duidt Louise Van Der Veken, Leerkracht Sint-Rafaël. ‘Bij type basisaanbod (vroeger type 1, red.) kunnen alle kinderen met een licht verstandelijke beperking terecht. Ikzelf geef les aan kinderen met type 2. Dat zijn de kinderen met een matige of ernstige verstandelijke beperking. En zelfs daar zie je verschillen tussen de leerlingen.’

Onder type 3 vallen kinderen met gedragsproblemen of emotionele problemen en bij type 4 kunnen leerlingen met lichamelijke handicaps terecht. Zieke of herstellende kinderen vallen onder type 5. Type 6 en 7 zijn voor visuele en auditieve handicaps en onder type 8 vallen de leerlingen met een leerstoornis.

‘Type 9 is voor kinderen met autismespectrumstoornis’, informeert Louise. ‘Zij zijn ook degene die het meeste kans hebben om terug naar het reguliere onderwijs te gaan. En natuurlijk is niet elk kind binnen een type hetzelfde.’

Wat zijn de voornaamste beperkingen bij kinderen in het buitengewoon onderwijs?

De diepere betekenis van een beperking is vaak onbekend. ‘De voornaamste beperking is de verstandelijke beperking’, verklaart de leerkracht. ‘Dat zijn kinderen of jongeren die mentaal wat achterstaan. De verstandelijke leeftijd komt dan niet altijd overeen met de echte leeftijd. De achterstand en de ernst ervan hangt af van kind tot kind.’

‘Daarnaast komen ook lichamelijke beperkingen vaak voor binnen het buitengewoon onderwijs. Dit natuurlijk ook op verschillende niveaus. Er zijn kinderen die moeilijker wandelen, maar er zijn ook kinderen die echt tegen een plank moeten rechtstaan omdat ze anders geen evenwicht hebben. En dan zijn er natuurlijk nog syndromen zoals downsyndroom, het fragiele X syndroom of visuele en auditieve handicaps, leerstoornissen en gedragsproblemen.’

Is het mogelijk om terug in het reguliere onderwijs te komen?

‘Dat is zeker mogelijk, maar die kans is zo klein’, legt Van Der Veken uit. ‘Meestal hebben kinderen uit type 9 (autismespectrumstoornis, red.) daar het meeste kans op, maar dan nog gebeurt het bijna niet. De zorg dat een kind krijgt in het buitengewoon onderwijs kan niet voorzien worden in een gewone school.’

Klasgroepen in het buitengewoon onderwijs bestaan bijvoorbeeld uit acht kinderen. Dat is een groot verschil met een klas van 25 kinderen in het reguliere onderwijs. Mindere ondersteuning en drukte in de klas zorgen ervoor dat de overstap van buitengewoon naar reguliere school bijna onmogelijk wordt.

‘Bij ons zitten kinderen niet per echte leeftijd ingedeeld, maar naar de verstandelijke leeftijd van het kind’, zegt de leerkracht. ‘Dat maakt het dus ook moeilijk om te bepalen naar welke klas een kind zou gaan bij een overstap naar het reguliere onderwijs.’

Kunnen jongeren met een beperking ook buitenschoolse activiteiten doen?

‘Dat kunnen ze inderdaad. Er bestaat een speciale jeugdbeweging voor kinderen en jongeren met een beperking, de Akabe (De Akabe is een onderdeel van jeugdbeweging de Scouts, red.). Ik ben zelf leiding geweest van de Akabe in Halle-Zoersel’, vertelt Louise Van Der Veken. ‘Leden van de Akabe kunnen zelfs leiding worden, in de vorm van hulpleiding.’

 

Dit bericht op Instagram bekijken

 

Een bericht gedeeld door Kriskras Akabe (@kriskrasakabe)

Als leiding heb je een grote verantwoordelijkheid. Die verantwoordelijkheid kan je een jongere met een beperking niet volledig geven. ‘Niet alle jongeren willen of kunnen hulpleiding worden’, informeert Van Der Veken. ‘Dat hangt van de beperking af natuurlijk. Zo kunnen jongeren met een licht verstandelijke beperking wel leiding worden terwijl jongeren met een matige of ernstige verstandelijke beperking dat niet worden.’

‘Daarnaast moeten de jongeren zelf komen vragen om hulpleiding te worden. Als we vragen of ze leiding willen zijn, merken we dat de motivatie vaak ontbreekt. Langs de andere kant zijn de jongeren die het echt willen ook heel enthousiast wanneer ze deze kans krijgen.’

Niet alle taken van een leiding worden toevertrouwd aan een hulpleiding. Sommige medische zaken mogen zij niet afhandelen. ‘Als hulpleiding staan ze mee in voor het materiaal bijvoorbeeld. Zaken zoals sonderen (de urineblaas leegmaken aan de hand van een sonde of katheter, red.) laten we hen niet doen.’

Verdwijnen alle kansen vanaf het moment dat een kind in het buitengewoon onderwijs stapt?

Kinderen in het buitengewoon onderwijs hebben extra ondersteuning nodig. De leerlingen hebben meestal een lichamelijke of geestelijke beperking. Maar het buitengewoon onderwijs betekent niet meteen dat alle kansen van het kind verdwijnen. ‘De deur naar de toekomst gaat zeker niet dicht’, vertelt de leerkracht. ‘Er zijn kinderen die in een bloemenwinkel gaan werken of vrijwilligerswerk gaan doen. Natuurlijk zijn er ook kinderen die in een maatwerkbedrijf gaan werken.’

Meestal worden de jongeren dan niet vergoed voor het werk dat ze leveren. Maar dat stoort hen niet. ‘We merken echt dat de jongeren graag in een bloemenwinkel werken of vrijwilligerswerk doen. Ze genieten van het sociaal contact en vinden het fijn om collega’s te hebben. Er bestaan ook projecten zoals Downies and Brownies, daar werken dan mensen met het syndroom van Down. Dus de deur naar de toekomst sluit zeker niet.’

 

Dit bericht op Instagram bekijken

 

Een bericht gedeeld door Brownies&downieS (@browniesanddownies)

Tekst: Laura van Trijp
Foto: © Sint-Rafaël